Voorbereidingen voor de Zeezoogdierdagen
Na maanden voorbereiding begonnen op vrijdag eindelijk de Zeezoogdierdagen 2019 op Texel. Een dag eerder waren Jeroen en Inge al aangekomen met een zwaarbeladen auto vol spullen voor de zeezoogdierdagen om her en der op het eiland verschillende dingen te regelen en voor te bereiden. In de loop van de vrijdagochtend kwamen de vrijwilligers Sanne, Kira, Amy, Ronald en Lex aan in de StayOkay in Den Burg en konden we hard aan de slag met de laatste voorbereidingen. De foto-expositie van Joeri Bosma werd opgehangen in de hal en techniek in de bovenzaal getest, werden de vellen met geprinte toegangskaartjes en consumptiebonnen gesneden, de polsbandjes en kaartjes voor alle deelnemers uitgezocht en klaargelegd en nog veel meer.
Vroeg in de middag verhuisde de hele groep naar het NIOZ om daar met z’n allen te lunchen. Fadia was inmiddels ook aangekomen uit Portugal en het vrijwilligersteam ging weer flink aan het werk: de goodybags voor de deelnemers werden gevuld (wat was er dit jaar veel binnengekomen om in de tas te doen, we schrokken er zelf van!), de techniek in de lezingenzaal werd getest, de definitieve indeling voor zeezoogdiermarkt werd gemaakt en de tafels werden klaargezet. Kira ging tussendoor de bestelde kruidkoeken bij de bakker ophalen die we als presentje voor de sprekers hadden bedacht. (Er bleken echter nog meer dingen te ontbreken voor het bedankpakketje voor de sprekers, dus die moesten tijdens de lezingendag nog af worden gemaakt). Het personeel van het NIOZ was ook uiterst behulpzaam met het opbouwen en inrichten, wat ons veel tijd scheelt. Dus aan het eind van de middag konden we weer terug naar StayOkay om daar de eerste deelnemers te ontmoeten en samen met hun te gaan eten. Het was al behoorlijk druk en rond het eten was de registratiebalie voor de Zeezoogdierdagen open. Daarnaast kwamen ook steeds meer Texelaars binnen die op het avondprogramma waren afgekomen.
Avondprogramma
De Zeezoogdierdagen 2019 werden vrijdagavond om 19:30 uur officieel geopend in de StayOkay door Michiel Uitdehaag, de burgemeester van Texel. Enthousiast vertelde hij dat hij al een paar keer mee had mogen maken dat als het gaat om walvissen iedereen samenkomt en zich sterk maakt voor hun bescherming. Vissers, ecologen en natuurbeschermers kunnen het erg oneens zijn over zaken op het eiland, maar als er een bultrug aanspoelt, dan komt iedereen samen in actie. Hij hoopte dan ook dat de Zeezoogdierdagen ook nu weer mensen verbindt, en wenste de deelnemers een goede tijd op Texel toe.
Na deze bijzondere opening begon het programma met Jan Beiboer die ons meenam in de geschiedenis van de walvisvaart en de rol van Nederland daarin. Zo liet hij zien dat de Nederlandse walvisvaart begon noordelijke poolzeeën in de 17e eeuw en vrijwel geheel tot stilstand kwam in de tweede helft van de 19e eeuw. Na de Tweede Wereldoorlog pakte Nederland de walvisvaart weer op, maar nu in de wateren bij Antarctica. Het jagen op walvissen was inmiddels wel heel anders geworden. Er werd veel efficiënter gejaagd door de uitvinding van de harpoenkanon en door de komst van fabrieksschepen kon de verwerking van walvissen ter plekke plaatsvinden.
Na de pauze belichtte Jan de periode dat Nederland weer opnieuw ter walvisvaart ging. Eerst met een film waarin bemanningsleden aan het woord kwamen van de 1956-57 expeditie van de Willem Barendsz. Jan was op deze expeditie mee als scheepsarts. Hij vertelde over zijn eigen ervaringen op deze expeditie en liet met unieke beelden zien hoe het er aan toeging op een dergelijk walvisfabrieksschip. Er waren twee artsen aan boord en deze keurden het personeel dat in Kaapstad op het schip kwam. In deze periode moesten ook veel kiezen worden getrokken, omdat de gebitten vaak niet best waren. Op zee moesten de artsen vooral snijwonden, kneuzingen en dergelijke behandelen, die ontstonden door het werk bij het vangen en villen van walvissen, maar ook wel door vechtpartijen van mannen aan boord. Het was hard werken wanneer het jachtseizoen voor baleinwalvissen open was. Het begin en eind van het jachtseizoen werd bepaald door de International Whaling Commission die in 1946 opgericht was. Deze bepaalde ook de hoeveelheid walvissen die bejaagd mochten worden. De bemanning werkte in 12-uurs shifts om alle geschoten walvissen te kunnen verwerken.
Het hoogtepunt van zijn tijd in Antarctica was voor Jan de periode van negen dagen dat hij mocht meevaren aan boord van de AM6, een van de 14 jagers, die meevoeren met de Willem Barendsz. Jagers zijn kleine jachtschepen die de walvissen opspoorden en schoten en vervolgens naar het fabrieksschip brachten. Het was vooral langdurig turen over zee om ‘blaas’ van een walvis te zien. Er werden maar liefst 23 walvissen geschoten in de negen dagen dat Jan aan boord was, dat was erg goede periode. De kapitein was erg blij de aanwezigheid van Jan op zijn schip. Jan stond naast de harpoenier toen deze een walvis schoot. Hij vertelde dat hij in zijn dagboek schreef dat het spannend en opwindend was, maar tegelijkertijd dat hij het gevoel had dat er een moord gepleegd werd.
Jan benadrukte dat de doelstellingen van de IWC gefaald hadden en dat er een slachtpartij in de Antarctische wateren heeft plaatsgevonden. Nederland ving in totaal bijna 28.000 walvissen in 18 seizoenen (1946-64) en de IWC schat dat in totaal 2.9 miljoen walvissen zijn gedood voor commerciële doeleinden. Daarom is de walvisjacht tegenwoordig omstreden en wordt het door de meeste mensen afgekeurd. In de periode net na de Tweede Wereldoorlog dacht men er heel anders over. Er was een groot tekort aan vetten en oliën en de traan van walvissen werd gebruikt voor de productie van margarine.
De bijna 150 mensen in de zaal werden meegenomen in het persoonlijke verhaal van Jan en een stukje Nederlandse geschiedenis dat wel eens wordt vergeten. Jan maakte duidelijk dat de historische context niet moet worden vergeten, maar dat we tegenwoordig terecht ook heel anders tegen de walvisvaart aan kijken. Met zijn openheid en eerlijkheid veroverde hij de harten van de mensen in de zaal. De Zeezoogdierdagen 2019 hadden geen mooiere opening kunnen hebben.
Inmiddels wat het 22:30 geworden en de deelnemers gingen moe en voldaan naar huis, praatten nog wat of dronken nog wat in de bar van de StayOkay. Het team van vrijwilligers zat nog even apart om de eerste dag te evalueren en de volgende dag door te spreken. Daarna gingen ook zij naar de bar en mengden zij tussen de deelnemers.